Nagelreparatie

Nagelprothesetechniek is bij zeer veel nagelproblemen te gebruiken. Bij deze techniek wordt gebruik gemaakt van acryl of gel. Hiermee wordt een kunsthoeknagel, een deelnagel  of volledige nagel vervaardigd.

Nagelproblemen:

  • Ingroei: m.b.v. gel is het mogelijk de ingroei te begeleiden.
  • Koevoetnagel (gespleten nagel): de nagel wordt d.m.v. acryl gefixeerd, gerepareerd.
  • Dwangnagel/ nijnagel: deze wordt zoveel mogelijk weggefreesd, er wordt een nieuwe nagel m.b.v. gel gemaakt.
  • Broze, brokkelige, splijtende nagels: deze worden met behulp van acryl of gel weer mooi gemaakt; ook voor heren.
  • Mediane nageldystrofie: het aangetaste deel van de nagel wordt glad gefreesd en gerepareerd met gel.
  • Anonychia (onontwikkelde nagelvormen): als er voldoende nagelontwikkeling is  kan er een nieuwe nagel worden gemodelleerd m.b.v. gel of acryl.
  • Psoriasisnagel (brokkelig, putjesvorming,dystrofie): ook hier kunnen we met gel een mooie nieuwe nagel modelleren indien nodig, de nagels zijn hier vaak erg dun.
  • Koilonychie (lepeltjesnagel); dit zien we vaak bij kinderen:deze nagels kunnen met acryl  bijgewerkt worden.
  • Ingescheurde nagels: deze zijn met acryl of gel te repareren.
  • Traumanagel: deze stompnagel (vaak bij voetballers) zijn heel functioneel met gel te bewerken zodat er weer een mooie nagel ontstaat en de pijnklachten worden bestreden. De gel bevordert bovendien de groeivorming.

De nagelbeugeltechniek bij een ingroeiende nagel

Een nagel waarbij de rand of de punt van de nagel in de nagelplooi drukt en pijnklachten geeft vormt de eerste stap van een ingegroeide teennagel. Daarbij kan er zich in de nagelplooi eelt vormen. Bij een volgende stap dringt de nagelpunt in de huid en kan daarbij veel pijn en een ontsteking veroorzaken. Meestal treedt het probleem op bij de grote teen.

De meest voorkomende oorzaken van een ingroeiende nagel zijn:

  • Verkeerde schoenen (te smal of te kort)
  • Verkeerd knippen (te kort en/of ronde hoekjes)
  • Afwijkende vorm van de nagel, bijvoorbeeld te hoge curve (bol)
  • Zweetvoeten, met als gevolg meer bacteriën en verweking van de nagelwal
  • Trauma: klap of stoot, bijvoorbeeld door sport activiteit
  • Afwijkende stand van de voet, bijvoorbeeld een platvoet of een knikvoet (valgusvoet)

De nagelbeugeltechniek bij een tunnelnagel

Een tunnelnagel is een zeer sterk gebogen of rondgroeiende nagel, die aangeboren kan zijn (alle nagels hebben dan die vorm), maar ook kan ontstaan door het dragen van onjuist schoeisel. De tunnelnagel of krulnagel kan tot ingroeien van de nagel leiden. De nagel groeit, in dwarse richting vanaf de nagelwortel rond (vanaf de vrije rand ziet men een tunnelvorm). Hoe meer nagel naar voren groeit, des te sterker de ronding wordt, voornamelijk aan het uiteinde van de nagel. Blijft de verzorging achterwege of wordt er aan deze nagel onvoldoende aandacht geschonken, dan ontstaat er, door druk van de nagel in de nagelwal, eelt of een likdoorn. Het gevolg van rondgroeiende nagels is vaak dat de beide hoeken door polster en huid overwoekerd worden. De tunnelnagel is met een nagelbeugel heel goed te behandelen. De nagelbeugel corrigeert de nagelvorm op een geleidelijke manier. De nagelbeugeltechniek kan een vervelende chirurgische ingreep voorkomen, mits men er op tijd bij is. Als de teen namelijk al ernstig ontstoken is, moet men zich eerst door een arts laten behandelen.

Nagelbeugels kunnen uitsluitend geplaatst worden op gezonde nagels, in het geval van een mycose-en/of kalknagel is deze techniek helaas niet mogelijk.

Siliconen-ortheses

Situaties waarbij een siliconen-orthese toegepast kan worden:

  • Telkens terugkerende likdoorns tussen de tenen kunnen blijvend worden verholpen met behulp van een siliconen-orthese (drukstukje gemaakt van zacht 2 componenten materiaal).
  • In veel gevallen kan ook een terugkerende onsteking aan de knok van de grote teen duurzaam worden verholpen, door een siliconen-toepassing tussen teen 1 en 2 wordt het bot van de grote teen ten opzichte van het middenvoetsbeen rechter gepositioneerd.
  • Mensen met hamertenen ervaren de toepassing van siliconen-orthese als weldadig.
  • Overlast door likdoorns wordt hiermee ook verminderd.

Adviezen voor het gebruik van een silicone orthese

  • De Orthese met 2 handen zonder trekken aan- en afdoen, dit om scheuren te voorkomen. De orthese draagt u het beste in dichte goed passende schoenen.
  • In het begin de orthese niet continu dragen, u begint met een half uur per dag en dit bouwt u geleidelijk op zodat u na 1 tot 2 weken de orthese de hele dag kan dragen.
  • De orthese mag geen pijn doen en geen drukplekken, rode plekken of blaartjes veroorzaken. Anders contact opnemen met uw pedicure.
  • Dagelijks de orthese wassen met water en zeep, niet in de zon laten drogen of op de verwarming. Deppend afdrogen. Na het reinigen bewaren in een bakje met talkpoeder.
  • De orthese mag alleen overdag worden gedragen.